ALGEMENE INFORMATIE
1. Teken de provincie of gebruik een bestaand kaartje.
2. Hoe groot is deze provincie (oppervlakte)?
3. Noteer de basistopografie
4. Noteer de steden die niet onder de basistopografie vallen maar wel belangrijk zijn.
5. Teken de vlag van de provincie.
6. Teken het wapen van de provincie.
Grondsoort (bodem)
De bodem van iedere provincie is anders. Deze grondsoort is bepaald voor wat er verbouwd wordt.
Gebruik de atlas en kijk bij de kaart van de grondsoort.
Welke grondsoort komt in deze provincie veel voor?
Bekijk ook de clipjes waar uitgelegd wordt wat een bepaalde grondsoort inhoudt.
Bodemgebruik
De grondsoort kan gebruikt worden:
Gebruik de atlas.
Energiebronnen
Welke energiebronnen heeft deze provincie.
Denk aan:
aardgas
aardolie
steenkool'
waterkracht
windkracht
zonne-energie
Bezienswaardigheden
Waar is deze provincie bekend om?
Wat zou jij graag willen bezoeken in de deze provincie?
Dialect
Sommige provincies hebben een dialect. Heeft deze provincie dat?
Zoek enkele woorden met de betekenis op in het dialect.
Natuurgebieden
Iedere provincie heeft wel een natuurgebied. Welke natuurgebied (Nationaal park) heeft deze provincie?
Welke dieren/ planten komen er voor?
Dier
Welk dier komt in deze provincie veel voor?
Onderzoek dit dier. Maak gebruik van de richtvragen.